Koekoek
Koekoek
Tijdens een wandeling door het park, zag ik een Koekoek op een wilgentak in het griendje zitten Zijn roep schalde in de morgenstond, koekoek…koekoek.
Ik dacht bij mijzelf raar eigenlijk, dat beest zingt helemaal niet, maar roept alleen maar zijn eigen naam ‘koekoek’. Zou hij iets te verkopen of in de reclame hebben?
Het kan natuurlijk ook zijn, dat er meer schuil gaat achter deze vogel. Je hoort zo vaak rare dingen over de Koekoek vertellen dat ik maar eens op zoek ben gegaan naar de verhalen achter deze vogel
Oorsprong van zijn naam
De koekoek ( Cucülus canorus L. ) heeft aan zijn bekende roep, ku-ku '' in verschillende Indo-Germaanse talen zijn naam te danken.
Eigenlijk was de koekoeksroep voor de Grieken zó eigenaardig, dat ze van schrik geen andere namen voor hem hebben verzonnen. De nomenclatuur van andere vogels daarentegen is zeer rijk en gevarieerd.
Volgens een oude mythe zou de naam van de Koekoek naar de berg ‘Kokkygion’ of ‘Kokkyx’ zijn genoemd. Daar bevond zich een oud heiligdom van Hera Teleia (in de Griekse mythologie godin van vrouwen en huwelijken), waar tijdens een lentestorm het huwelijk voltrokken zou zijn tussen oppergod Zeus, die de gestalte van een Koekoek had aangenomen en de Godin Hera.
De terugkeer
Zoals jullie misschien weten komt de Koekoek en de Zwaluw omstreeks midden april weer in ons land terug. De ouderen onder ons zullen zeggen, dat hij op 15 april begint te roepen en ophoudt op 1 augustus, de dag van Sint Pieter.
Een oud Noord-Brabants rijmpje luidt:
De Koekoek zegt: “ik laat roepen die wil, maar ik roep niet vóór half april. Komt er dan nog een kwaad karwei, dan roep ik niet vóór in de mei”.
Insecteneter
Evenals de Zwaluw is de Koekoek een grote insecteneter. In de bosbouw is hij van onschatbare waarde, omdat hij één van de weinige vogels is die met succes een grote rupsen plaag kan bestrijden! Ook de grote harige rupsen zijn spekje naar zijn bekje.
Een gevaarlijk beest
Bij verschillende volken werd de Koekoek als een zeer gevaarlijk dier beschouwd. Wie 's morgens naar buiten ging zonder dat hij had gegeten en de Koekoek hoorde roepen, leefde het hele jaar in onmin met zijn naaste. Gelukkig kan men dit voorkomen door drie keer rond een dennenboom te lopen en een stukje van zijn schors op te eten.
De Koekoek en de Wilg
In het volksgeloof zouden heksen zich verbergen in de holle stam. Maar de Koekoek trekt zich daar niets van aan en is eigenlijk de enige die graag in deze boom zit.
Als de Koekoek zijn eigen naam geroepen heeft dan spuugt hij, om mens en dier af te schrikken, op de wilgenboom.
Als je in mei en juni de wilgenbomen en struiken goed bekijkt, vind je inderdaad hoopjes schuim!
Dit schuim, hoe kan het ook anders, wordt in de volksmond koekoeksspuug genoemd. Natuurlijk is dit schuim niet van de Koekoek, maar van een schuimbeestje, de groene schuimcycade die op de wilgen leeft.
De stoute koekoek
Er was eens, zoals ieder sprookje begint, een Koekoek die stout was geweest. Hij had die zomer weinig voedsel gevonden omdat er zo weinig insecten waren. Na zichzelf moed ingesproken te hebben, ging hij op weg om naar ander eten te zoeken. Op een dag kwam hij sterk vermagerd bij een molen aan en klopte op de deur. De molenaar deed de deur open en vroeg wat hij wilde.
De Koekoek, vroeg de molenaar of hij twee mud koren kon lenen, onder de belofte dat hij het koren terug zou geven.
Maar ja, je weet hoe dat gaat. Als je eenmaal een volle buik hebt dan vergeet je zulke dingen. Hij verbrak zijn woord en bleef de molenaar de zakken koren schuldig. Als eind juli het koren rijp is en hij de zeisen hoort zoemen, doet hem dat zó zeer, dat hij in augustus stilletjes het land uit trekt.
Georg Ketting